Voorzieningen bij arbeidsongeschiktheid
Voor de gevolgen van arbeidsongeschiktheid heeft PFZW iets geregeld. U komt hiervoor in aanmerking als u:
- een WIA-uitkering heeft én
- ziek bent geworden terwijl u een pensioen opbouwde bij PFZW, tijdens onbetaald verlof tijdens een WW-uitkering meteen na uw pensioenopbouw bij PFZW.
Een WIA-uitkering krijgt u van UWV. De afkorting WIA staat voor Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Een WIA-uitkering kan een IVA-uitkering of een WGA-uitkering zijn.
- IVA-uitkering: voor volledig arbeidsongeschikten zonder uitzicht op herstel
- WGA-uitkering: voor gedeeltelijk of volledig arbeidsongeschikten met uitzicht op herstel
Een WGA-uitkering is de eerste maanden loongerelateerd. Dat wil zeggen dat de hoogte van de uitkering afhankelijk is van uw salaris voordat u arbeidsongeschikt werd. Voor de periode daarna kijkt UWV onder andere naar uw ‘restverdiencapaciteit’ en naar het inkomen dat u eventueel naast uw uitkering heeft. Afhankelijk daarvan wordt uw WGA-uitkering een ‘loonaanvullingsuitkering’ of een ‘vervolguitkering’.
De regeling van PFZW houdt het volgende in:
- premievrije pensioenopbouw
- arbeidsongeschiktheidspensioen
Deze voorzieningen stoppen als uw WIA-uitkering stopt, maar uiterlijk wanneer uw AOW ingaat.
Premievrije pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid
Als u volledig of gedeeltelijk arbeidsongeschikt bent, heeft u recht op (gedeeltelijke) voortzetting van uw pensioenopbouw zonder dat u daar zelf nog premie voor betaalt. Deze premievrije pensioenopbouw is afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid. Zolang u een WGA- of IVA-uitkering van UWV krijgt, blijft u daardoor pensioen opbouwen. Heeft u een partner en kinderen? Dan blijven zij ook verzekerd voor partnerpensioen en wezenpensioen. Betaalt uw werkgever uw salaris nog door? Dan staat er wel pensioenpremie op uw loonstrook. Uw werkgever moet dit doen om u het juiste nettosalaris te kunnen uitbetalen.
Hoeveel pensioen bouwt u op met premievrije pensioenopbouw?
Uw premievrije pensioenopbouw baseren we op maximaal 75% of 70% van het brutosalaris op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin uw WIA-uitkering ingaat. Gaat uw WIA-uitkering bijvoorbeeld in juni 2019 in? Dan baseren we uw premievrije pensioenopbouw op uw brutosalaris van 1 januari 2018. Dit salaris stijgt elk jaar mee met de loonontwikkeling in de sector zorg en welzijn. Voor de overige 25% of 30% van uw salaris kunt u bij PFZW een vrijwillige voortzetting afsluiten. Voor dat deel betaalt u dan zelf de premie. U kunt een vrijwillige voortzetting aanvragen binnen zes maanden nadat uw premievrije pensioenopbouw is ingegaan. Tot slot is de hoogte van uw premievrije pensioenopbouw afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid en van de inkomsten die u naast uw uitkering heeft.
Arbeidsongeschiktheidspensioen
Als u aan de voorwaarden voldoet, heeft u daarnaast recht op arbeidsongeschiktheidspensioen. PFZW kent twee soorten arbeidsongeschiktheidspensioen:
- WGA-hiaatpensioen bij een recht op een WGA-vervolguitkering en een
- WIA-excedentpensioen bij een inkomen hoger dan € 55.927 (2019) per jaar
Een eventueel recht op het WGA-hiaatpensioen ontstaat zodra u een WGA-vervolguitkering gaat ontvangen van UWV.
Wijzigingen en beëindiging van uw IVA- of WGA-uitkering
Verandert er iets in uw IVA- of WGA-uitkering? Geef dat dan direct aan ons door: stuur een kopie van de beslissing van UWV naar ons op. Wij passen uw premievrije pensioenopbouw en, als het nodig is, uw arbeidsongeschiktheidspensioen aan.
Lees meer over arbeidsongeschiktheid of bekijk de brochure “U bent arbeidsongeschikt” en het pensioenreglement van PFZW.