Meest gestelde vragen en antwoorden over de nieuwe pensioenregeling

Sociale partners stellen ons regelmatig vragen over de nieuwe pensioenregeling. Onderstaand vindt u een overzicht van antwoorden op veel voorkomende vragen per onderwerp. Sociale partners hebben samen afspraken gemaakt over de nieuwe pensioenregeling van PFZW die vanaf 1 januari 2026 gaat gelden. De afspraken staan in het transitieplan. PFZW werkt de nieuwe pensioenregeling nu verder uit. Dit kan betekenen dat de antwoorden op sommige vragen nog wijzigen. Bezoek regelmatig deze pagina voor actuele informatie.

Voorbeeldberekeningen

Waarom verstuurt PFZW voorbeeldberekeningen?

PFZW is niet wettelijk verplicht om voorbeeldberekeningen te verzenden. Toch stuurt PFZW - als onderdeel van haar communicatiestrategie - verspreid over de maanden juli en augustus bijna alle deelnemers een voorbeeldberekening. Hiermee komt PFZW tegemoet aan de wens van deelnemers. PFZW heeft namelijk aan deelnemers gevraagd hoe zij over de nieuwe pensioenregeling geïnformeerd willen worden. Deelnemers gaven aan dat zij graag zo snel mogelijk willen weten wat de invloed is op hun pensioen. Deze voorbeeldberekeningen helpen daarbij. Voor PFZW (en AFM en andere pensioenfondsen) is dit ook meteen een manier om ervaring op te doen voor de wettelijk verplichte verzending van de eerste persoonlijke pensioenberekeningen in oktober en november.

Versturen andere pensioenfondsen ook een voorbeeldberekening?

Er zijn maar weinig andere pensioenfondsen die voorafgaand aan de wettelijk verplichte verzending van de  eerste en tweede berekening voorbeeldberekeningen naar deelnemers sturen. PFZW heeft hiervoor echter bewust gekozen om tegemoet te komen aan de wensen van deelnemers en ervaring op te doen.

Waarom worden de voorbeeldberekeningen verspreid verzonden?

PFZW houdt er rekening mee dat de verzending van de voorbeeldberekeningen leidt tot een toename aan reacties en vragen van deelnemers. Om een mogelijke piek voor het klantcontactcenter zoveel mogelijk te spreiden heeft PFZW ervoor gekozen om de verzending te spreiden over de maanden juli en augustus. Daarbij probeert PFZW zoveel als mogelijk alle werknemers die bij dezelfde werkgever werkzaam zijn tegelijkertijd te informeren met een voorbeeldberekening.

Ontvangen werknemers die bij dezelfde werkgever werkzaam zijn tegelijk de voorbeeldberekening?

Ja, PFZW verzendt de voorbeeldberekeningen per werkgever. Er kunnen wel een paar dagen tussen de ontvangst zitten.

Hoeveel voorbeelden zijn er?

Er zijn totaal 17 voorbeeldberekeningen beschikbaar:

  • 10 voor actieve deelnemers
  • 2 voor slapers
  • 5 voor pensioengerechtigden ( 2 ouderdomspensioen, 1 vervroegd ouderdomspensioen, 1 partnerpensioen en 1 arbeidsongeschiktheidspensioen)

Ontvangen alle deelnemers van PFZW een voorbeeldberekening?

Bijna alle deelnemers (2,6 miljoen van de bijna 3 miljoen) ontvangen een voorbeeldberekening. De volgende groepen niet:

  • Oproepkrachten
  • Deelnemers met een actuele  vrijwillige voortzetting
  • Gepensioneerden met een maandbedrag van minder dan 30 euro
  • Kinderen met een wezenpensioen
  • Slapers met een pensioenopbouw korter dan een jaar

Peilmoment om te bepalen of de deelnemer in een van de bovengenoemde groepen zit is 1 mei 2025. Deze groepen ontvangen in oktober/november wel, net als alle andere deelnemers, de eerste persoonlijke pensioenberekening. 

Hoe ziet de voorbeeldberekening eruit?

Het is geen berekening van de persoonlijke situatie van de deelnemer, maar voor iemand in een soortgelijke situatie. De daadwerkelijke bedragen wijken af. Eerst krijgt de deelnemer een korte uitleg over de voorbeeldpersoon. Van deze voorbeeldpersoon ziet de deelnemer twee indicatieve bedragen: het pensioen volgens de huidige en de nieuwe regeling. Zo krijgt deze al een indruk van wat de nieuwe regels voor invloed hebben op pensioen. In oktober of november 2025 ontvangt de deelnemer een eerste berekening voor haar/zijn persoonlijke situatie. Tussen half maart en half mei 2026 ontvangt de deelnemer een tweede berekening, gebaseerd op de financiële situatie van het fonds op 1 januari 2026. De definitieve bedragen zullen in de toekomst meer dan nu gaan meebewegen met de economische ontwikkelingen.

Staat de voorbeeldberekening ook op de website van PFZW?

Zeker, ga daarvoor naar pfzw.nl/voorbeeldberekening. Vanaf 1 juli kunt u daar 4 vragen beantwoorden. Dan komt u vanzelf bij het best passende voorbeeld uit.

Kan de deelnemer bij PFZW ook een berekening opvragen met haar/zijn eigen gegevens?

Nee, dat kan nog niet. De voorbeeldberekening is gebaseerd op de gegevens van een voorbeeldpersoon. In oktober of november 2025 ontvangt de deelnemer een eerste berekening voor haar/zijn persoonlijke situatie. Tussen half maart en half mei 2026 ontvangt de deelnemer een tweede berekening, gebaseerd op de financiële situatie van het fonds op 1 januari 2026.

Hoe betrouwbaar is de voorbeeldberekening?

Het voorbeeld dat de deelnemer ziet is gebaseerd op een persoon in een vergelijkbare situatie. De bedragen zullen afwijken van de persoonlijke situatie van de deelnemer. De deelnemer kan wel de bedragen in de huidige en de nieuwe regeling vergelijken en zien of de voorbeeldpersoon erop vooruit- of achteruitgaat.  De uiteindelijke mate van voor- of achteruitgang hangt onder andere af van de hoogte van de dekkingsgraad, de rente op het moment van omzetten en van de persoonlijke factoren (bijvoorbeeld duur of omvang dienstbetrekking). 

Krijgt de deelnemer bij de voorbeeldberekening, de eerste berekening en de tweede berekening steeds andere pensioenbedragen te zien?

Dat klopt. De voorbeeldberekening is een pensioenberekening van een persoon in een vergelijkbare situatie als de deelnemer en is nog niet daadwerkelijk gebaseerd op de persoonlijke gegevens. Dat is bij de eerste berekening wel het geval. De tweede berekening kan er weer anders uitzien dan de eerste berekening.  Het gaat in beide gevallen om een momentopname waarbij de berekening onder andere afhankelijk is van de dekkingsgraad en de rente van dat moment. 

Hoe bepaalt PFZW welke voorbeeldberekening het beste bij de situatie van de deelnemer past?

Op basis van de volgende factoren bepaalt PFZW welk voorbeeld het beste bij de deelnemer past:

  • of zij/hij op dit moment een pensioen ontvangt, nog actief pensioen opbouwt, arbeidsongeschikt is of in het verleden pensioen bij PFZW heeft opgebouwd
  • leeftijd
  • pensioengrondslag
  • opgebouwd pensioen
  • type pensioen (bijvoorbeeld ouderdomspensioen of partnerpensioen
  • hoogte toekenning

Hierbij wordt gekeken naar de bovengenoemde factoren op het moment van 1 mei 2025. 

Is in de voorbeeldberekening rekening gehouden met een compensatie?

Zeker, in de voorbeeldberekeningen is het eventueel recht op compensatie ook meegenomen. Straks bij de eerste berekening in oktober/november wordt de compensatie ook apart aan de deelnemer getoond. Compensatie geldt alleen voor actieve deelnemers en dus niet voor gepensioneerden en gewezen deelnemers. 

Is er in de voorbeeldberekeningen rekening gehouden met de toekomstige pensioenopbouw tot AOW-leeftijd (het te bereiken pensioen)?

Ja, de voorbeeldberekening toont het te bereiken pensioen in de huidige en de nieuwe pensioenregeling in de situatie dat de deelnemer pensioen blijft opbouwen bij PFZW tot de persoonlijke AOW datum.  Daarbij is gebruik gemaakt van de scenarioset van DNB. In deze berekening is rekening gehouden met de mate waarin de pensioenen naar verwachting de inflatie bij houden, ofwel met het saldo van de te verwachten verhogingen (b.v. de rendementen) en de inflatie de komende jaren tot de persoonlijke AOW-leeftijd. 

Met welke dekkingsgraad zijn de voorbeeldberekeningen gemaakt?

PFZW is uitgegaan van de rente en dekkingsgraad op 31 december 2024. Die dekkingsgraad was toen 109,55%. De dekkingsgraad geeft aan hoe het staat met de financiële gezondheid van een pensioenfonds. Heeft een fonds voldoende geld in kas om aan zijn verplichtingen te voldoen. Ofwel: kan het de pensioenen uitkeren. De dekkingsgraad kan veranderen. Dan veranderen ook de bedragen.

Zijn er ook deelnemers die er in de voorbeeldberekening op achteruit gaan?

De verwachting is dat de meeste deelnemers erop vooruitgaan. Voor deelnemers die erop achteruit zouden gaan, is er compensatie. Dit is het extra bedrag dat PFZW aan het pensioenvermogen toevoegt om de nadelen van het afschaffen van doorsneesystematiek zoveel mogelijk te beperken.  Voor actieve deelnemers vanaf een jaar of 40-45 die nog maar relatief weinig hebben opgebouwd in het verleden en nog relatief veel gaan opbouwen in de toekomst is (o.b.v. de huidige rente en dekkingsgraad) deze compensatie mogelijk niet genoeg om erop vooruit te gaan. Deze deelnemers ontvangen een voorbeeldberekening waarbij ze in de nieuwe pensioenregeling een lager pensioenvooruitzicht hebben dan in de huidige regeling.

Extra toelichting:

Het omzetten naar de nieuwe pensioenregeling kan voor deelnemers zowel een positief als negatief effect hebben op de hoogte van het pensioen. Het feit dat het vermogen van de deelnemer straks onder de nieuwe regels valt, heeft een positief effect. In de nieuwe pensioenregeling hoeft het pensioenfonds een minder grote buffer aan te houden dan in de huidige regeling. Door het afschaffen van de doorsneesystematiek kan een deelnemer in de toekomst een negatief effect ondervinden. Voor de meeste deelnemers zijn die ‘min’ en ‘plus’ ongeveer even groot. Als de deelnemer ook nog compensatie krijgt, heeft deze er nog een ‘plus’ bij. Als de deelnemer nog maar relatief weinig heeft opgebouwd in het verleden is de ‘plus’ dat haar/zijn vermogen straks onder de nieuwe regels valt dus nog niet zo groot. Zelfs met de ‘plus’ van de compensatie meegerekend kan het zijn dat deze deelnemer minder pensioen overhoudt. Als de deelnemer al veel pensioen heeft opgebouwd, is juist de ‘plus’ van het omzetten van het vermogen naar de nieuwe regeling groot. Daarmee compenseert de deelnemer de ‘min’ van het afschaffen van de doorsneesystematiek.

Het is steeds een optelsom van deze drie effecten. Als de deelnemer nog maar relatief weinig heeft opgebouwd en naar verwachting nog veel gaat opbouwen bijvoorbeeld door zijn of haar (jonge) leeftijd of een dienstverband met meer uren, is de compensatie nog niet voldoende om een positief effect te hebben op haar/zijn pensioen. Dit is immers slechts een klein aandeel in de verwachte pensioenopbouw.

Aan de andere kant heeft deze deelnemer met een leeftijd vanaf een jaar of 40-45 dan ook niet of nauwelijks het financieel nadeel gehad van relatief een te hoge premie in verhouding tot een te lage opbouw.  In de huidige regeling betaalt iedereen dezelfde premie voor een evenredig pensioen. Jongeren betalen eigenlijk iets te veel, omdat hun premie langer kan renderen. Zij betalen nu als het ware mee aan de pensioenopbouw van ouderen. Ouderen krijgen dus iets te veel pensioen voor de inleg die zij betalen. 

Hoe groot is de groep deelnemers die er in de voorbeeldberekening op achteruit gaat?

Dat zijn ongeveer 121.000 deelnemers.

Waarom is er bij de voorbeeldberekening gekozen voor het tonen van bruto bedragen?

Dat is in lijn met het uniform pensioenoverzicht (UPO) dat de deelnemer ieder jaar ontvangt. Ook in de eerste berekening, die de deelnemer in oktober of november 2025 krijgt, vermeldt PFZW bruto bedragen. Het netto bedrag is ook lastig te berekenen, omdat de inhoudingen nog niet bekend zijn. 

Waarom wordt alleen het ouderdomspensioen genoemd in de voorbeeldberekening?

De verzending van de voorbeeldberekeningen is bedoeld om de deelnemer alvast een beetje te laten wennen aan de verandering. Deze is nog niet bedoeld om een volledig overzicht te geven van alle pensioensoorten (b.v. het partnerpensioen). Dat zit wel bij de eerste en de tweede berekening.

Wanneer is MijnPFZW aangepast aan de nieuwe pensioenregeling?

Vanaf medio maart 2026 is MijnPFZW (de persoonlijke online omgeving op de website van PFZW) naar verwachting helemaal aangepast aan de nieuwe pensioenregeling. Dan toont PFZW de bedragen na overgang op de nieuwe pensioenregeling. In januari en februari is MijnPFZW tijdelijk niet te raadplegen. PFZW werkt er dan aan om de nieuwe pensioenregels te verwerken in MijnPFZW.

Proces

Is er een verschil tussen het transitieplan en het implementatieplan?

Ja, het transitieplan is opgesteld door de onderhandelende sociale partners die zijn vertegenwoordigd aan de Pensioentafel Zorg en Welzijn. Het implementatieplan wordt opgesteld door het bestuur van PFZW. In het transitieplan staan vooral de keuzes die de sociale partners hebben gemaakt over de invulling van de nieuwe pensioenregeling. In het implementatieplan staat vooral hoe en wanneer PFZW de nieuwe regeling gaat uitvoeren. 

Wat houdt het overbruggingsplan in?

In 2026 worden de huidige pensioenaanspraken van alle deelnemers van PFZW omgezet naar de nieuwe regeling. Omdat PFZW kiest voor ‘omzetten’, mogen we tijdens de transitieperiode gebruik maken van transitieregels die gaan over het verhogen en verlagen van het pensioen. Dit heet het Transitie-FTK (ook wel: transitie financieel toetsingskader). Het bestuur van PFZW heeft in 2023 ervoor gekozen om hier gebruik van te maken. Daar hoort een verplicht overbruggingsplan bij, dat in plaats komt van het herstelplan. In het overbruggingsplan beschrijven we onder andere de financiële situatie tijdens de transitieperiode tot het moment van omzetten en onderbouwen we waarom het overbruggingsplan in het belang is van alle deelnemersgroepen. DNB moet instemming verlenen voor het uitvoeren van het plan. 

Wat houdt het wettelijk verplichte communicatieplan in?

In de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en het Besluit uitvoering Pensioenwet staat de verplichting dat alle pensioenuitvoerders een schriftelijk communicatieplan opstellen en aanleveren bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM). In dit plan staat hoe PFZW deelnemers informeert in de transitieperiode. Een belangrijk onderdeel is wat PFZW over de (persoonlijke) gevolgen van de transitie voor de pensioenopbouw of het pensioeninkomen communiceert aan haar deelnemers. De AFM houdt toezicht op het communicatieplan en (achteraf) de uitvoering ervan. Het communicatieplan is onderdeel van het implementatieplan.

Bijna met pensioen

Hebben medewerkers die met pensioen gaan in de nieuwe regeling dezelfde keuzemogelijkheden als in de huidige pensioenregeling?

Medewerkers hebben in de huidige pensioenregeling en in de nieuwe pensioenregeling dezelfde keuzemogelijkheden. Zij kunnen bijvoorbeeld hun pensioen eerder of later laten ingaan, kiezen voor eerst een hoger of lager pensioen of andersom, of voor deeltijdpensioen. En zij kunnen het ouderdomspensioen ruilen voor een hoger partnerpensioen of andersom.

Kunnen medewerkers die tegen hun pensioen aanzitten beter in de regeling die er nu is met pensioen gaan of wachten tot de nieuwe pensioenregeling?

Het moment waarop een medewerker met pensioen gaat, kan financieel verschil maken. De hoogte van het pensioen hangt af van de rente en de dekkingsgraad van PFZW op het moment van overgang naar de nieuwe regeling. Zonder deze informatie kunnen we nu nog niet zeggen welke keuze financieel het beste is. Leeftijd, persoonlijke situatie, zoals of iemand een partner heeft en hoeveel pensioen is opgebouwd, speelt ook een rol. We begrijpen dat dit een belangrijke beslissing is, maar we kunnen nu nog niet precies vertellen wat de financiële gevolgen zullen zijn. Lees ook meer over compensatie.

Wanneer horen medewerkers, die rond het moment van overstap op de nieuwe pensioenregeling met pensioen willen gaan, wat de nieuwe pensioenregeling voor hen gaat betekenen?

PFZW heeft de ambitie om per 1 januari 2026 over te stappen op de nieuwe pensioenregeling. Volgens de huidige planning ontvangen alle deelnemers in juli/augustus 2025 een voorbeeldberekening om een indruk te krijgen van wat de nieuwe pensioenregeling betekent voor een voorbeeldpersoon die past bij hun situatie. In oktober/november 2025 informeert PFZW alle deelnemers met een eerste berekening persoonlijk over wat de overgang voor die individuele medewerker betekent. Het is niet mogelijk om deelnemers eerder over hun persoonlijke situatie te informeren, omdat de meest betrouwbare berekeningen pas zo kort mogelijk voor de transitiedatum gemaakt kunnen worden. Nadat op 1 januari 2026 het omzetten heeft plaatsgevonden en de dekkingsgraad definitief is, kan PFZW tussen medio maart en medio mei 2026 in een tweede berekening de pensioenbedragen tonen, gebaseerd op het inkomen, rekenrente en de financiële situatie van PFZW.

Wat betekent de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel voor deelnemers die vlak voor hun pensioen zitten?

Deelnemers die vlak voor hun pensioen zitten, hebben in de huidige pensioenregeling en in de nieuwe pensioenregeling dezelfde keuzemogelijkheden. Zij kunnen bijvoorbeeld hun pensioen eerder of later laten ingaan, kiezen voor eerst een hoger of lager pensioen of andersom, of voor deeltijdpensioen. In de nieuwe wet staat ook de mogelijkheid om een bedrag ineens op te nemen van 10% van het totale pensioen. De wet is alleen nog niet officieel goedgekeurd en het is nog onzeker of ‘bedrag ineens’ zal worden ingevoerd.

Kiest een deelnemer een pensioeningangsdatum in de huidige pensioenregeling? Dan wordt vanaf de transitiedatum de nieuwe pensioenregeling van kracht op het pensioen. Alle (gewezen) deelnemers en gepensioneerden gaan dan dus over naar de nieuwe pensioenregeling met de daarbij behorende uitgangspunten.

Omzetten

Wat zijn de doelen van het omzetten?

De sociale partners hebben een aantal doelen bepaald voor het omzetten. Ze hebben bepaald dat omzetting alleen evenwichtig plaats kan vinden als de eerste drie  doelen worden behaald. 

De belangrijkste doelen die de sociale partners hebben afgesproken zijn:

  1. De ingegane pensioenen door de overgang niet verlagen.
  2. De ingegane pensioenen in de eerste drie jaren na de overgang niet verlagen.
  3. Het wegnemen of verzachten van de gevolgen van de afschaffing van de doorsneesystematiek in de huidige regeling (compenseren).
    Om deze drie doelen te behalen is er een dekkingsgraad nodig van 103,6%. Als de dekkingsgraad hoger is, kan ook het vierde doel worden behaald:
  4.  Het verhogen van de individuele pensioenvermogens en de ingegane pensioenen van alle deelnemers.

Zijn er bij de overstap naar een nieuwe pensioenregeling winnaars en verliezers?

De transitie moet vanuit de wet evenwichtig zijn. DNB toetst daar ook op. PFZW en de sociale partners zijn verantwoordelijk voor een evenwichtige transitie. Dat betekent dat er geen winnaars en verliezers zijn. Wel kunnen uitkomsten op individueel niveau natuurlijk verschillen. In de nieuwe pensioenregeling gaan de individuele deelnemers bijvoorbeeld meer risico’s dragen dan in de huidige regeling. Daar staat tegenover dat de pensioenen in de nieuwe pensioenregeling eerder verhoogd kunnen worden. In de huidige regeling zijn de pensioenen jarenlang niet verhoogd, omdat de pensioenen wettelijk gezien pas verhoogd mogen worden als er voldoende financiële buffers aanwezig zijn. Dat probleem wordt in de nieuwe regeling opgelost. Door een solidariteitsreserve en het afdekken van het renterisico wordt bovendien de kans op verlagen van pensioen zo klein mogelijk gemaakt. 

Hoe worden de juridische risico's afgedekt en wat gebeurt er als een procedure tegen het omzetten succesvol is?

Volgens Europese rechtspraak heeft een overheid beleidsvrijheid om eigendom te reguleren (in dit geval in de vorm van ‘omzetten’) als dat noodzakelijk is in het algemeen belang. De juridische risico’s worden door de wetgever afgedekt door in de toelichting bij de wetgeving goed te motiveren waarom de Nederlandse overheid het omzetten noodzakelijk vindt in het kader van het algemeen belang. Wat er gebeurt als een procedure tegen omzetten succesvol is, is lastig te voorspellen. Het juridisch risico is een van de aandachtspunten van PFZW in aanloop naar een nieuwe pensioenregeling.

Wat zijn de financiële gevolgen van omzetten voor de verschillende groepen deelnemers?

Berekeningen laten zien dat voor de diverse deelnemersgroepen in geval van omzetten in de meeste scenario’s een beter pensioenresultaat kan worden behaald dan zonder omzetten.

Worden alle bestaande pensioenaanspraken omgezet of zijn er uitzonderingen?

Iedereen gaat over naar de nieuwe regeling: alle bestaande pensioenafspraken en ingegane pensioenen worden omgezet. Het uitgangspunt is dat alle deelnemers een persoonlijk pensioenvermogen ontvangen dat minimaal overeenkomt met de waarde van hun pensioenaanspraken in de huidige pensioenregeling. Op die manier gelden dezelfde regels voor iedereen en heeft PFZW één pensioenregeling om uit te voeren. 

Wat zijn de gevolgen van het afschaffen van de doorsneesystematiek voor jongeren?

Voor jongere deelnemers is het afschaffen van de doorsneesystematiek in de huidige regeling gunstig. Voor andere leeftijdsgroepen is de afschaffing ongunstig. Voor actieve deelnemers met geboortejaren 1959 t/m 1995 komt er een compensatieregeling, waardoor naar verwachting het overgrote deel van de deelnemers er na het omzetten op vooruit gaat. Deelnemers worden in 2025 persoonlijk hierover geïnformeerd. 

Kan de transitie ook worden uitgesteld als op het moment van omzetten de dekkingsgraad laag is?

Het uitgangspunt is dat de nieuwe pensioenregeling van PFZW op 1 januari 2026 ingaat. Alleen in een uitzonderlijke situatie zou uitstel een scenario kunnen zijn. Er zijn nog geen besluiten genomen over welke scenario's dat dan zijn. Uitstel is niet eenvouding en heeft consequenties, dus daar zal zeker niet zomaar voor gekozen worden.

Gaan de pensioenen van mensen die al met pensioen zijn ook over op de nieuwe pensioenregeling? Zo ja, blijft de hoogte van het pensioen dan hetzelfde?

Ja, alle bestaande pensioenaanspraken en pensioenrechten worden omgezet naar de nieuwe regeling. Dus van iedereen die opbouwt, in het verleden heeft opgebouwd en ook de pensioenen van mensen die al met pensioen zijn. Of de hoogte van pensioen daarbij gelijk blijft, hangt af van de stand van de dekkingsgraad bij de overgang. Belangrijk is te onderstrepen dat PFZW in de nieuwe regeling de pensioenen eerder kan verhogen en goed kan beschermen tegen verlagingen. 

Wat houdt de evenwichtigheidstoets in?

Evenwichtigheid betekent dat de nieuwe regeling inclusief het omzetten geen groepen onevenredig bevoordeelt of benadeelt. Bij het omzetten van het collectieve pensioenvermogen naar persoonlijke vermogens moeten de belangen van alle groepen evenwichtig worden gewogen volgens een wettelijk kader. Dat gebeurt niet op individueel niveau, maar er wordt gekeken naar hele groepen. DNB zal het omzetten (marginaal) toetsen op evenwichtigheid. Bij de evenwichtigheidstoets wordt gekeken naar het effect van omzetten op hele groepen zoals actieve deelnemers, pensioengerechtigden, gewezen deelnemers, partners en ex-partners en werkgevers. Maar ook naar leeftijd, geslacht, arbeidsverleden en salaris. SZW heeft hiervoor de 'Handreiking evenwichtigheid' opgesteld.

Is de evenwichtigheidstoets controleerbaar?

Ja, er wordt een wettelijk kader toegepast om evenwichtigheid te bepalen. SZW heeft ook een 'Handreiking evenwichtigheid' opgesteld. 

Pensioenvermogen

Wat gebeurt er met het pensioenvermogen als wij jaren achter elkaar in een slecht-weer-scenario zitten?

Deelnemers gaan het effect van stijgingen en dalingen op de beurzen directer merken in hun pensioenvermogen. Zij profiteren dus sneller van stijgingen maar zien ook eerder de gevolgen van dalingen. Naar mate de deelnemer ouder wordt, worden die schommelingen in het pensioenvermogen minder, omdat er dan minder beleggingsrisico genomen en er is een reserve voor tegenvallers: de solidariteitsreserve. Die reserve wordt onder meer gebruikt om de kans op verlaging van ingegane pensioen te verkleinen. Een jarenlang slecht-weer-scenario zal echter leiden tot een daling van het pensioenvermogen. 

Hoe worden de kosten verrekend in de persoonlijke pensioenvermogens van de medewerkers?

Net zoals in de huidige pensioenregeling zijn er in de nieuwe pensioenregeling kosten voor administratie en vermogensbeheer. Deze worden nu collectief gedeeld en dat is straks niet anders.  

Solidaire premieregeling

Blijven de huidige keuzemogelijkheden behouden in de nieuwe pensioenregeling?

Ja, huidige keuzemogelijkheden blijven behouden. We hebben het dan over de volgende keuzes:

  • Vervroegen of uitstellen van pensioen
  • Deeltijdpensioen (combinatie van deels werken en deels pensioen)
  • Ruilen van een stukje ouderdomspensioen voor extra partnerpensioen, en andersom
  • Eerst een hoger pensioen en later een lager pensioen per maand, en andersom

Als de pensioenen op basis van de solidaire premieregeling hoger uitpakken, kunnen de sociale partners die onderhandelen over de regeling dan ook de keuze maken om de premie te verlagen?

Sociale partners hebben de pensioenambitie - oftewel de gewenste hoogte van het pensioen - in de nieuwe regeling bepaald. Ze hebben berekend of de premie toereikend is om dat te halen. Sociale partners hebben de ambitie uitgesproken dat het pensioen in de zorg en welzijn na 42 jaar werken minimaal 80% moet zijn van het deel van het salaris waarover pensioen is opgebouwd. Berekeningen voor verschillende maatmensen laten zien dat dat haalbaar is met een ongewijzigde premie.

Kunnen groepen van deelnemers (individueel/collectief en onder verplichtstelling/contractueel) uit de pensioenregeling stappen?

Nee, dat is niet mogelijk. De wijziging van de pensioenregeling heeft geen invloed op de verplichtstelling van PFZW. Die blijft gewoon gelden. Dat betekent dat voor alle deelnemers de wettelijke verplichting tot aansluiten blijft gelden. Ook als een werkgever contractueel is aangesloten heeft de wijziging van de pensioenregeling geen invloed op het contract. 

Waarom is er gekozen voor de solidaire premieregeling?

De belangrijkste redenen om te kiezen voor de solidaire premieregeling zijn de mogelijkheid tot collectief en solidair delen van risico's, het dempen van het risico op grote schommelingen van het ingegaan pensioen en het behalen van welvaartswinst voor het collectief aan deelnemers. 

Kan er binnen de solidaire premieregeling voor gepensioneerden ruimte gemaakt worden voor keuzes in beleggingsrisico?

Nee, in de Wet toekomst pensioenen is vastgelegd dat de solidaire premieregeling niet de mogelijkheid voor keuzevrijheid in beleggingen kent. Het beleggingsrisico wordt per leeftijdscohort bepaald door het bestuur van PFZW op basis van de risicohouding van elk leeftijdscohort. 

Kan een pensioenfonds nog terug als de keuze voor de solidaire premieregeling toch ‘tegenvalt’?

Nee, er kan niet met terugwerkende kracht nog een andere keuze worden gemaakt. De overgang naar het nieuwe pensioenstelsel is wettelijk verplicht. Er moet gekozen worden tussen de solidaire premieregeling en de flexibele premieregeling. Als de keuze achteraf ‘tegenvalt’ kunnen sociale partners voor de toekomst hun keuze eventueel wijzigen naar het andere contract. Dit kan niet met terugwerkende kracht.

Is het mogelijk om in de nieuwe pensioenregeling weer extra te sparen voor pensioen?

Ja, deelnemers kunnen extra sparen voor hun pensioen in de nieuwe regeling. PFZW is van plan om dit vanaf 1 juli 2026 mogelijk te maken. Deelnemers kiezen zelf hoeveel en hoe lang zij sparen, binnen de belastingregels. Het geld is alleen voor het pensioen later, tot die tijd staat het vast.

Wat zijn de gevolgen voor de premie die werkgevers en deelnemers afdragen?

De vakbonden en werkgeversorganisaties hebben de afspraak gemaakt om bij de overgang naar de nieuwe pensioenregeling in principe premieneutraal over te gaan. Dit betekent dat de totale pensioenpremie, mits de dekkingsgraad niet te laag is, hetzelfde blijft. Voor het arbeidsongeschiktheidspensioen is er afgesproken om de verzekering voor het WGA-hiaatpensioen in de basispremie voor het ouderdomspensioen en het partnerpensioen mee te nemen. Deze premie was 25,8% en wordt 25,9%. De premie voor het WIA-excedentpensioen wordt vanaf 1 januari 2026 alleen geheven bij deelnemers met een salaris boven het maximaal dagloon. Deze premie is 3,2% van het salaris boven het maximaal dagloon. Daarmee vervalt de huidige premie van 0,5% voor het arbeidsongeschiktheidspensioen. Per werkgever kan dat verschillend uitpakken. Voor werkgevers met veel medewerkers met lage inkomens kan dit een daling van de premielast betekenen, voor werkgevers met veel medewerkers met hogere inkomens een stijging.

Voor een aantal groepen deelnemers heeft het afschaffen van de huidige pensioenregels nadelen. Daarom krijgen deze groepen een extra bedrag (compensatie) in hun pensioenvermogen om die nadelen weg te nemen of te verzachten. Als de dekkingsgraad op 1 januari 2026 hoog genoeg is, dan wordt de compensatie in één keer toegevoegd aan het pensioenvermogen. Als de dekkingsgraad onvoldoende is, dan wordt (een deel van) de compensatie over maximaal 10 jaar gespreid en maandelijks toegevoegd aan het pensioenvermogen. Dit heeft gevolgen voor de premie. Iedereen die werkt in zorg en welzijn betaalt dan elke maand extra premie voor de compensatie. Hoeveel extra premie er nodig is, hangt af van de dekkingsgraad.

Door de nieuwe regels voor pensioen worden de pensioenen meer afhankelijk van de resultaten van PFZW. Betekent dit dat gepensioneerden iedere maand een ander pensioenbedrag op hun rekening gestort krijgen?

De pensioenen worden inderdaad meer afhankelijk van de resultaten van PFZW. Dus gaat het goed, dan stijgen de pensioenen eerder. Gaat het minder, dan kunnen de pensioenen ook dalen. Maar dat betekent niet dat de pensioenbedragen iedere maand wijzigen. PFZW bekijkt eventuele wijzigingen in de hoogte van het pensioeninkomen jaarlijks. In de nieuwe regeling worden gepensioneerden zo veel mogelijk beschermd tegen dalingen. Naarmate de leeftijd van de deelnemer vordert, wordt er minder beleggingsrisico genomen en er is een reserve voor tegenvallers: de solidariteitsreserve. Die reserve wordt onder meer gebruikt om de kans op verlaging van ingegane pensioen te verkleinen.

Wordt het met de overstap naar de nieuwe regels voor pensioen eenvoudiger om bij wisseling van baan het pensioen over te dragen?

Ja, dat verwachten we wel.

Solidariteitsreserve en compensatiedepot

Wat houdt de solidariteitsreserve in?

In de nieuwe pensioenregeling heeft iedereen zijn eigen persoonlijke pensioenvermogen. Daarnaast komt er een verplichte solidariteitsreserve. De solidariteitsreserve wordt gebruikt om individueel niet-verzekerbare risico's van deelnemers te verminderen en de stabiliteit van ingegane pensioenen te bevorderen. Hiermee blijven naar verwachting grote negatieve schommelingen in de uitkeringsfase uit.

De doelen van de solidariteitsreserve zijn:

  • Verkleinen van de kans dat pensioenen moeten worden verlaagd. 
  • Het opvangen van micro-langleven (dat individuele deelnemers ouder worden dan vooraf aangenomen).
  • Het opvangen van macro-langleven (snellere stijging van de gemiddelde levensverwachting van de Nederlandse bevolking en specifiek deelnemers van PFZW dan verwacht).
  • Voorkomen dat iemands pensioenvermogen negatief wordt.

De reserve wordt in eerste instantie gevuld uit het vermogen en daarna uit rendement en – als de reserve weinig is gevuld – met premies van deelnemers en werkgevers.

Wat houdt het compensatiedepot in?

Groepen actieve deelnemers die nadeel ondervinden van de afschaffing van de doorsneesystematiek kunnen worden gecompenseerd. Hiervoor komt een compensatiedepot, van waaruit de compensatie wordt verrekend. Dit depot wordt tijdens de transitie gevuld vanuit het collectieve pensioenvermogen. De compensatie wordt vervolgens bij de omzetting in één keer toegevoegd aan het persoonlijke pensioenvermogen van de deelnemer. Compensatie wordt altijd toegekend aan groepen deelnemers en nooit op individueel niveau. Deelnemers kunnen niet zelf compensatie aanvragen en aanspraak maken op het compensatiedepot. 

Wat is de operationele reserve?

De operationele reserve is een kleine verplichte reserve die pensioenfondsen moeten aanhouden om de kosten van de pensioenuitvoering te dekken en om te gaan met onvoorziene omstandigheden zoals een stijging van de uitvoeringskosten of een daling van de premie-inkomsten. 

Communicatie en draagvlak

Hoe en wanneer leggen we deelnemers die zich niet of minder bezig houden met pensioen uit wat er gaat veranderen? En wat het voor hen betekent?

Dat is inderdaad nog niet zo eenvoudig en een van de punten waar PFZW veel aandacht aan schenkt. De werknemers in onze sector hebben lang niet altijd belangstelling voor en kennis over pensioen. Daarnaast is er nog steeds veel onzeker over de nieuwe pensioenregeling en de transitie. PFZW communiceert in aanloop naar de daadwerkelijke transitie op verschillende manieren met deelnemers. In eerste instantie is dat vooral generiek. Dat wil zeggen dat we vooral in het algemeen communiceren over de nieuwe regels voor pensioen en deelnemers proberen aan te zetten tot actie. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het eenvoudig inloggen op MijnPFZW. Zodat een deelnemer ziet dat er iets voor het pensioen is geregeld. Uit onderzoek blijkt namelijk dat als de deelnemer een positieve ervaring met pensioen heeft, deze minder vatbaar is voor bijvoorbeeld de negatieve berichtgeving in de media. Richting de beoogde transitiedatum op 1 januari 2026 wordt de communicatie persoonlijker. In de loop van 2025 zullen we deelnemers persoonlijk informeren over hun situatie. We zetten daarvoor verschillende middelen in die we afstemmen op de doelgroep. Op de website vinden deelnemers altijd de laatste informatie. 

PFZW communiceert met deelnemers en werkgevers volgens een vooraf vastgestelde strategie en communicatieplan. Hierin staat bijvoorbeeld dat we de verschillende leeftijdscohorten op verschillende wijzen benaderen en dat we gedrag belangrijk vinden. De strategie is gebaseerd op onderzoek onder deelnemers, ‘good practices’ en inzichten uit de gedragswetenschappen. De wet verplicht PFZW ook om een communicatieplan in te dienen bij de AFM. Dat gebeurt in 2024. 

Hoe gaat PFZW deelnemers informeren?

Het informeren van deelnemers over de nieuwe regels voor pensioen is een belangrijk onderdeel van een soepele overgang op 1 januari 2026. PFZW is hier enkele jaren geleden al mee gestart. Hieronder ziet u enkele voorbeelden van communicatiemiddelen die PFZW gebruikt om deelnemers doorlopend te informeren over de nieuwe regels voor pensioen:

  • Nieuwsbrieven: PFZW stuurt maandelijks nieuwsbrieven met updates en belangrijke informatie over de nieuwe regels voor pensioen. Deelnemers kunnen zich abonneren via MijnPFZW. Werkgevers kunnen zich aanmelden via de website.
  • Webinars: Digitale middelen bieden flexibiliteit en bereiken een breed publiek. In 2023 organiseerde PFZW twee webinars waarin antwoord werd gegeven op veelgestelde vragen over de nieuwe regels voor pensioen. In de loop van 2024 doen we dit opnieuw.
  • Website: Op de website vindt u aparte pagina’s met alle informatie, animaties en veelgestelde vragen over de nieuwe regels voor pensioen. Voor deelnemers en werkgevers.
  • Veelgestelde vragen: PFZW heeft lijsten met veelgestelde vragen en antwoorden over de nieuwe pensioenregels. Dit helpt deelnemers en werkgevers om snel antwoorden te vinden op hun vragen.
  • Teksten, beelden en video's: PFZW stelt aan werkgevers een toolkit met verschillende teksten, beelden en video's beschikbaar die zij zelf kunnen gebruiken voor een magazine, intranet of nieuwsbrief. Zo kunnen werkgevers samen met PFZW ingewikkelde informatie op een eenvoudige begrijpelijke manier presenteren. PFZW breidt de toolkit doorlopend uit.
  • Informatiebijeenkomsten: PFZW organiseert informatieve bijeenkomsten waar deelnemers en werkgevers uitleg krijgen over de nieuwe regels voor pensioen. In 2023 organiseerden we een bijeenkomst voor werkgevers. In de loop van 2024 doen we dit opnieuw en organiseren we ook bijeenkomsten voor oudere deelnemers.
  • MijnPFZW: Op MijnPFZW kunnen deelnemers hun persoonlijke pensioeninformatie inzien. In 2025 ontvangen zij een eerste voorbeeldberekening en later een inschatting van hun verwachte pensioen per 1 januari 2026. Na de overgang maakt PFZW alle berekeningen definitief.
  • Communicatiecampagnes: PFZW haakt aan bij gerichte communicatiecampagnes over de nieuwe pensioenregels van bijvoorbeeld de overheid of de Pensioenfederatie, de belangenbehartiger van alle Nederlandse pensioenfondsen. Daarbij maakt PFZW gebruik van eigen communicatiekanalen, zoals e-mail, website en sociale media.
  • Feedbackmogelijkheden: PFZW biedt deelnemers en werkgevers de mogelijkheid om feedback te geven of vragen te stellen. PFZW vindt het belangrijk om open te staan voor zorgen en vragen.

Wanneer krijgen deelnemers te horen en te zien wat hun opgebouwde pensioenaanspraken straks in de nieuwe pensioenregeling zijn?

In de komende jaren gaat PFZW deelnemers actief begeleiden en meenemen op weg naar de nieuwe pensioenregeling. Een belangrijk onderdeel daarvan is het inzicht in hun persoonlijke situatie. In juli/augusts 2025 ontvangen deelnemers een voorbeeldberekening om een indruk te krijgen van wat de nieuwe pensioenregeling betekent voor een voorbeeldpersoon die past bij zijn of haar situatie. Deze berekening bevat nog geen persoonlijke cijfers. Die kunnen we nog niet berekenen op dat moment. In oktober/november 2025 ontvangen deelnemers de eerste berekening van hun verwachte persoonlijke pensioenvermogen. Ook andere bedragen zijn dan inzichtelijk, zoals de hoogte van het nabestaandenpensioen, eventuele compensatie en het verwachte pensioeninkomen na pensionering. Tussen medio maart en medio mei 2026, nadat het omzetten heeft plaatsgevonden en de dekkingsgraad definitief is, ontvangen deelnemers de tweede berekening, gebaseerd op het inkomen, rekenrente en de financiële situatie van PFZW.

Kunnen mensen die al met pensioen zijn straks ook nog hun pensioen bekijken?

Mensen die al met pensioen zijn hebben via MijnPFZW altijd inzicht in hun pensioen of uitkering. Dat blijft zo. Als een deelnemer met pensioen is en een partnerpensioen heeft verzekerd, dan ziet deze deelnemer ook de hoogte daarvan. PFZW adviseert mensen die al met pensioen zijn  om in ieder geval één keer per jaar in MijnPFZW te kijken.

Wordt een eenduidige en toegankelijke basiscommunicatie afgestemd met de overheid en sociale partners?

Ja, de koepel van Nederlandse pensioenfondsen, de Pensioenfederatie, stelt met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en sociale partners een pakket samen met basisinformatie over de nieuwe pensioenregelingen. Ook wordt er landelijk een campagne gevoerd door het ministerie van SZW. Ieder pensioenfonds is wel zelf verantwoordelijk om op adequate wijze zijn deelnemers te informeren.

Waar vind ik meer communicatiemiddelen die ik kan delen met werkgevers en deelnemers?

PFZW heeft meerdere webpagina's met informatie over de transitie en de nieuwe regels voor pensioen ingericht voor deelnemers. Hier is onder andere een lijst met veelgestelde vragen en een tijdlijn te vinden. Werkgevers vinden daar een pagina met meer specifieke informatie over de nieuwe regels voor pensioen. Er is daar onder andere een toolkit met materialen die werkgevers zelf kunnen inzetten. Heeft u behoefte aan een pensioenpresentatie voor uw leden of wilt u hulp met de pensioencommunicatie? Neem dan contact op met uw relatiemanager om de mogelijkheden te bespreken.

Welke informatieplicht hebben werkgevers?

Werkgevers moeten hun werknemers informeren over de wijzigingen in de pensioenregeling en de gevolgen daarvan voor de pensioenopbouw en het pensioenvooruitzicht van werknemers. Dit geldt zowel voor de periode voorafgaand aan de transitie als daarna. 

Welke zorgplicht hebben werkgevers?

In de Wet toekomst pensioenen staat niets over de zorgplicht van de werkgever. Wel staat er dat 'de pensioenuitvoerder (lees: PFZW) informatie deelt met de deelnemer, gewezen deelnemer, gewezen partner of pensioengerechtigde die aanzet tot relevante actie'. Goede werkgevers informeren hun medewerkers bij belangrijke levensgebeurtenissen en herinneren hen aan de mogelijke gevolgen voor het pensioen. Ook houdt goed werkgeverschap in dat werkgevers hun medewerkers kunnen informeren als zij met pensioenvragen komen.

Daarnaast staat in de wet vermeld dat 'de pensioenuitvoerder op een adequate manier wijst op het maken van keuzes binnen de pensioenovereenkomst'. En zorgt voor de inrichting van de keuzeomgeving zodat uw medewerkers in staat zijn een passende keuze te maken. PFZW zorgt ervoor dat de informatie in MijnPFZW zo is opgesteld dat werknemers gemakkelijk de juiste keuze kunnen maken. 

Contact

Heeft u een vraag, een suggestie of een klacht? Neem dan contact op met uw relatiemanager voor sociale partners.