Stelling: zonder regionale samenwerking loopt de eerstelijnszorg vast

'De grenzen van onze regio's zijn niet natuurlijk'

Met de druk op de huisartsenposten en de toenemende personeelstekorten staat de eerstelijnszorg onder spanning. De heersende opvatting: alleen regionale samenwerking kan haar overeind houden. Marc van Aart, bestuurder van HAP Rijnmond, kijkt daar genuanceerder naar. ‘We denken in regio’s die wij zelf hebben bedacht. Maar de burger trekt zich daar niets van aan.’

‘Ja en nee’, reageert Van Aart op de stelling dat de eerstelijnszorg vastloopt zonder regionale samenwerking. ‘Natuurlijk moet je samenwerken binnen een afgebakend gebied. Maar die regio’s hebben wij zelf gemaakt. De grenzen zijn niet natuurlijk, maar administratief.’

Dat leidt soms tot absurde situaties. HAP Schievliet sluit ’s nachts de locatie in Schiedam vanwege personeelstekorten; patiënten worden doorverwezen naar Delft, vijftien kilometer verderop. ‘Terwijl HAP Noord in Rotterdam op slechts vijf kilometer afstand ligt. Dat vind ik als nieuweling in deze wereld bevreemdend. Een Sparta-supporter stuur je toch ook niet naar Feyenoord,’ illustreert Van Aart zijn punt. ‘En toch dwingen we burgers precies tot dat soort keuzes.’

Volgens Van Aart ligt het probleem niet in de samenwerking zelf, maar in hoe Nederland die organiseert. ‘We zijn ingericht naar LHV-kringen en zorgverzekeraarskringen. Maar de burger kijkt daar anders naar en bepaalt zelf wat hij als zijn regio ziet.’ Bovendien remt dat regionale denken de vernieuwing. ‘Iedere regio krijgt nu een klein budget om zijn eigen oplossing te bouwen. Dat levert vooral eilandjes op. Terwijl je met één landelijke aanpak veel slimmer en efficiënter kunt werken.’

Over de grenzen heen

Zijn visie: denk groter, denk landelijk. ‘Kunnen we de huisartsenspoedzorg in de komende drie tot vijf jaar zo omvormen dat die digitaal is waar het kan, en menselijk waar het moet? Dat zou een veel mooiere ambitie zijn dan alleen inzetten op regionale samenwerking.’ De versnippering staat vernieuwing in de weg. Dat ziet Van Aart ook bij digitale gegevensuitwisseling in de zorg, waar Nederland al twintig jaar over praat zonder echte doorbraak. ‘In Texas is wettelijk vastgelegd dat iedereen dezelfde standaard moet hanteren. Binnen drie jaar stond het er. Hoe is het mogelijk dat we in zo’n klein land alles zó versnipperd oppakken?’

‘Het lijkt hier net feodaal Italië’, zegt Van Aart. ‘Elk dorp had zijn eigen pastasoort, zijn eigen saus. Zo werken onze zorggebieden nu ook: te feodaal, te versnipperd. Voor de burger die over grenzen heen beweegt, is dat een ramp.’

Wat moet er dan gebeuren? ‘We zijn in de zorg vooral bezig met het optimaliseren van de bestaande wereld,’ zegt Van Aart. ‘Maar echte vooruitgang vraagt dat we iets disruptiefs durven neer te zetten. Kijk vanuit de burger en durf het anders te doen.’