Werkgevers in zorg en welzijn staan voor de uitdaging om oudere werknemers te ondersteunen bij het doorwerken tot hun AOW-leeftijd. Uit recent onderzoek van PFZW blijkt dat een aanzienlijke groep graag wil blijven werken, vanwege voldoening, sociale contacten en inkomen. Een kleine groep denkt er anders over.
Het animo om aan dit onderzoek mee te werken was groot: 14% vulde de online vragenlijst volledig in (bijna 5.000 in totaal). Het onderzoek onder de groep 60- tot 69-jarigen (zowel werkenden als gepensioneerden) is eerder gehouden in 2019 en 2022.
De helft van de werkende 60-plussers zou graag nu al (deels) met pensioen gaan, vooral vanwege de hoge werkdruk (34%). Ondanks een daling sinds 2022 (toen 45%), blijft dit de voornaamste reden. Daarnaast is uiteraard van belang of het financieel mogelijk is en of een eventuele partner nog werkt of niet. Andere redenen zijn ‘het management / de organisatie’, de inhoud van het werk of het niet bij kunnen houden van ontwikkelingen.
Voor gepensioneerden was, naast financiële mogelijkheden, de hoge werkdruk ook een belangrijke reden om met pensioen te gaan. Fysieke klachten zoals artrose en astma maken het werk steeds moeilijker vol te houden. Daarnaast ervaren veel oudere werknemers mentale belasting door de snelle veranderingen binnen de sector.
Voor lang niet alle 60-plussers is blijven werken een probleem. Vier op de vijf nog werkende 60-plussers geven aan het werk goed vol te houden, waarbij het sociale aspect en voldoening belangrijke motivators zijn. Het inkomen blijft zeker een belangrijke drijfveer, maar ook de contacten met collega’s en cliënten/patiënten spelen een grote rol. Voor gepensioneerden is het sociale aspect vaak de reden waarom zij (gedeeltelijk) hadden willen doorwerken. Vrijwilligerswerk en mantelzorg zijn populaire manieren waarop deze groep zich nuttig blijft maken. Bijna de helft doet circa vijf uur vrijwilligerswerk en een kwart levert een paar uur mantelzorg.
Bij één op de vijf van de werkenden is de fysieke en of de mentale belasting te hoog. De toelichtingen maken duidelijk dat het werk voor deze groep zowel fysiek als mentaal belastend is, en dat het door hun leeftijd steeds moeilijker vol te houden is. Sommige mensen kampen met lichamelijke klachten, zoals slijtage, of hebben moeite om mentaal alle ontwikkelingen en veranderingen binnen de sector bij te houden.
Het verminderen van werkdruk is duidelijk de belangrijkste factor om mensen langer aan het werk te houden tot hun AOW-leeftijd. De behoeften variëren echter per individu. Sommigen worden gemotiveerd door financiële prikkels, terwijl anderen meer waarde hechten aan een prettige werksfeer. Een deel van de mensen wil hun uren of werktijden aanpassen, terwijl anderen juist zoeken naar een andere inhoud van hun werk.
Door de uiteenlopende redenen om langer door te werken, is een algemene regeling vaak niet geschikt. Een persoonlijke aanpak is essentieel, waarbij er naar de wensen van de individuele werknemer gekeken moet worden. Hoewel veel werkgevers hier al mee bezig zijn, blijkt uit toelichtingen dat er nog vaak te weinig aandacht of begrip voor is. Het is belangrijk dat werkgevers blijven luisteren naar de behoeften van hun werknemers en samen naar oplossingen zoeken. Zo kunnen zij bijdragen aan een duurzame inzetbaarheid van 60-plussers in de sector.